1 Een indirecte vrije schop wordt rechtstreeks op doel geschoten. Een verdediger, die op de doellijn staat, tikt de bal met de hand over het doel. Wat moet de scheidsrechter beslissen?
Disciplinaire straf: _(B) GEEL_____ Spelhervatting: _(F) Strafschop________
Toelichting: Uit een indirecte vrije schop kan niet rechtstreeks gescoord worden. Er is hier dus geen sprake een verdediger die de tegenpartij een doelpunt of een duidelijke scoringskans ontneemt door strafbaar hands te maken. De spelhervatting is (uiteraard) een strafschop en de verdediger krijgt een gele kaart wegens onsportief gedrag.”
2 Een aanvaller passeert twee verdedigers en schiet hard op het doel. De bal komt op de paal en gaat vervolgens via de scheidsrechter - die in het strafschopgebied staat - het doel in. Wat moet de scheidsrechter beslissen?
Disciplinaire straf: _(A) GEEN_____ Spelhervatting: _(F) Scheidsrechtersbal_
Toelichting: (blz 42, LotG seizoen 2019-2020) “De bal is uit het spel wanneer deze een wedstrijdofficial raakt en op het speelveld blijft en de bal direct in het doel gaat. In dit geval wordt het spel hervat met een scheidsrechtersbal.”
3 Nadat op het middenveld een indirecte vrije schop door team A is genomen ziet de scheidsrechter één van zijn assistenten met de vlag in de lucht staan. De scheidsrechter fluit af en de assistent-scheidsrechter vertelt hem, dat een speler van team B een tegenstander tegen de benen heeft getrapt vóórdat de vrije schop was genomen. Wat beslist de scheidsrechter?
Disciplinaire straf: _(C) ROOD____ Spelhervatting: _(D) Scheidsrechtersbal_
Toelichting: (blz 24, LotG seizoen 2019-2020) “De scheidsrechter mag niet op een beslissing m.b.t. een spelhervatting terugkomen op advies van een andere wedstrijdofficial, als hij het spel heeft hervat.” De scheidsrechter kan deze speler nog wel een disciplinaire straf geven; een spelstraf is niet meer mogelijk nadat hij het spel hervat heeft.
4 Een medespeler van de strafschopnemer loopt te vroeg toe. Een andere medespeler, die niet te vroeg is toegelopen, ontvangt nu de bal die door de nemer tegen de doelpaal is geschoten en scoort. Wat moet de scheidsrechter beslissen?
Disciplinaire straf: _(A) GEEN____ Spelhervatting: _(E) Indirecte vrije schop_
Toelichting: (blz 62, LotG seizoen 2019-2020) “De nemer of een ploeggenoot maakt een overtreding. Als de bal niet (rechtstreeks) in het doel gaat, onderbreekt de scheidsrechter het spel en hervat de wedstrijd met een indirecte vrije schop.”
5 Stellingen
I De instructiezone mag niet langer zijn dan de lengte van de bank/dug-out, plus één meter aan weerszijden van de bank/dug-out, en voor de bank/dug-out loopt deze zone tot één meter vanaf en evenwijdig met de zijlijn.
II Slechts één persoon tegelijkertijd heeft de bevoegdheid om instructies te geven vanuit de instructiezone.
Stelling I: _(A) JUIST________ Stelling II: _(C) JUIST_____________
Toelichting: (blz 7, LotG seizoen 2019-2020):
“De instructiezone kan qua omvang of plaats per veld verschillen, maar de volgende opmerkingen worden als een algemene richtlijn uitgevaardigd:
- de instructiezone mag niet langer zijn dan de lengte van de bank/dug-out, plus 1 meter aan weerszijden van de bank/dug-out, en voor de bank/dug-out loopt deze zone tot 1 meter vanaf en evenwijdig met de zijlijn;
- slechts één persoon tegelijkertijd heeft de bevoegdheid om instructies te geven vanuit de instructiezone .”
6 Drie goed & drie fout
Wat is waar omtrent de doelen op het voetbalveld?
A De afstand tussen de binnenkant van de doelpalen is 7.32 meter en de afstand van de onderkant van de doellat tot de grond is 2.44 meter.
B De doelpalen en doellat moeten zijn gemaakt van goedgekeurd materiaal. Ze moeten vierkant, rond of ovaal van vorm zijn en mogen geen gevaar opleveren.
C De doelpalen en de doellat moeten dezelfde kleur hebben, dezelfde breedte en dikte hebben en mogen niet breder zijn dan 12 centimeter.
D Als de doellat kapot gaat of uit positie raakt, dan wordt het spel onderbroken totdat deze is gerepareerd of teruggeplaatst is. Als de doellat niet kan worden gerepareerd dan moet de wedstrijd worden gestaakt.
E De doelen (inclusief verplaatsbare doelen) moeten deugdelijk in de grond zijn verankerd.
F Er moeten netten worden vastgemaakt aan de doelen en de grond achter de doelen, onder voorwaarde dat ze op goede wijze worden ondersteund en dat ze de doelverdediger niet hinderen.
Juiste antwoorden: ___A___ , ___D___ en ___E___
Toelichting:
B: (blz 7, LotG seizoen 2019-2020) “De doelpalen en doellat moeten zijn gemaakt van goed-gekeurd materiaal. Ze moeten vierkant, rechthoekig, rond of ovaal van vorm zijn en mogen geen gevaar opleveren.”
C: (blz 8, LotG seizoen 2019-2020) “De doelpalen en de doellat moeten wit zijn, dezelfde breedte en dikte hebben en mogen niet breder zijn dan 12 centimeter.”
F: (blz 8, LotG seizoen 2019-2020) “Er mogen netten worden vastgemaakt aan de doelen en de grond achter de doelen, onder voorwaarde dat ze op goede wijze worden ondersteund en dat ze de doelverdediger niet hinderen.”
Reacties